Iedereen heeft een opvoeding gehad waarbij gedrag, gedachten en gevoelens zijn aangeleerd van zijn of haar ouders en/of verzorgers. Ook zocht je nabijheid van je ouders wanneer je bijvoorbeeld was gevallen. Hoe dit vroeger is gegaan kan verschillen: de ene ouder troostte je altijd wanneer je je pijn had gedaan, de andere ouder troostte je som wel en soms niet en er zijn ook ouders die hun kind niet troostten en dachten: ‘Stel je toch niet zo aan (Van Beemen, 2010)!’
Hoe je vroeger door je ouders en/of verzorgers in dit soort situaties bent getroost, bepaalt hoe je je nu gedraagt in stressvolle situaties. Je hebt geleerd of je wel of niet op mensen kunt rekenen (Van Beemen, 2010).
Hieronder een voorbeelden hoe je je kunt gedragen in een situatie:
Op je werk komt een nieuw persoon binnen die je nieuwe baas wordt.
Je reactie en hoe je je gedraagt:
- ‘Oh, dat is mijn nieuwe baas. Misschien kan hij even helpen met mijn werk, ik heb volgens mij al alles geprobeerd, maar misschien zie ik nog iets over het hoofd.’ Je wacht geduldig tot hij naar je toe komt en stelt je dan aan hem voor.
- ‘Oh, dat is mijn nieuwe baas!’ Je rent bijna naar hem toe, stelt gelijk een aantal vragen over je werk omdat je niet weet wat je precies moet doen.
- ‘Ow, dat is mijn nieuwe baas, hij zal wel net zo zijn als mijn oude baas.’ Je blijft rustig zitten en je doet net alsof je hard aan het werk bent, terwijl je eigenlijk hulp nodig hebt.
Iedereen herkent zich wel in één van deze drie reacties. Wanneer je jezelf herkent in de bovenste reactie heb je vroeger genoeg troost kunnen krijgen bij je ouders en/of verzorgers in stressvolle situaties. Je hebt geleerd om zo veel mogelijk zelf te proberen en wanneer het niet lukt, kun je altijd bij iemand terecht die jou wilt en kan helpen. Herken je je meer in de tweede reactie? Dan kon je vroeger wel steun en hulp van je ouders en/of verzorgers krijgen, maar niet altijd. Wanneer je maar even hulp kunt krijgen van een ander, ga je gelijk naar degene toe en probeer je ervoor te zorgen dat de ander jou gaat helpen. Bij de laatste reactie heb je vroeger geleerd dat je geen ondersteuning kunt krijgen wanneer je dit juist nodig hebt. Je ouders en/of verzorgers reageerden zakelijk en leken geïrriteerd wanneer je steun bij hen zocht. Hierdoor ben je bang om iets aan anderen te vragen uit angst voor afwijzing (Van Beemen, 2010).
Deze site kan je helpen wanneer je jezelf herkent in de tweede of derde reactie. Er zijn natuurlijk nog meer situaties wanneer je toenadering kunt zoeken met de daarbij behorende gevoelens en gedragingen: ga je naar iemand toe of juist niet? Zijn mensen te vertrouwen of juist niet? En moet ik mij wel of niet onzeker voelen bij anderen? Wat als ik niet zo leuk ben als anderen, vinden mensen mij dan nog steeds leuk?
Herken je jezelf hierin en zou je meer willen weten of wil je met iemand hierover praten? Kijk gerust op deze site rond voor meer informatie en wanneer je behoefte hebt aan een luisterend oor of een advies wil, kun je gelijk naar het menu ‘contact’ gaan. Tevens bieden wij ondersteuning aan in de vorm van een coachingsproject en kun je diverse workshops bij ons volgen.